Prognose van de vraag

De vraag naar voor ouderen geschikte woningen zal de komende decennia blijven toenemen. Naast de vergrijzing speelt een rol dat ouderen (met hun beperkingen) in de toekomst langer thuis zullen blijven (moeten) wonen. Het CBS gaat er zelfs vanuit dat het aandeel ouderen dat intramuraal woont tussen 2015 en 2030 zal halveren
(zie: Huishoudensprognose 2016-2060 in: CBS Bevolkingstrends, mei 2016).


Prognoses om de ontwikkeling per buurt na te gaan

In de ene buurt neemt het aandeel 75-plussers sneller toe dan in de andere. Dat heeft vooral te maken met de aanwas vanuit jongere leeftijdsgroepen. Buurten met veel 65 tot 74-jarigen zullen in de komende tien jaar een sterke groei van deze leeftijdsgroep laten zien.

Verschillende prognosemodellen maken het mogelijk om de ontwikkeling van leeftijdsgroepen per buurt na te gaan. Denk aan de Primosprognose of aan de Progneffprognose van E,til Maastricht. Deze modellen nemen behalve veroudering en sterfte ook migratie mee in hun berekeningen. Dat laatste kan beter zijn, vooral wanneer de migratiestromen een stabiel karakter hebben. Maar dat is lang niet altijd het geval. Daarom kan de ontwikkeling van leeftijdsgroepen in buurten ook worden bepaald op basis van gemeentelijke kengetallen.

     

Vertaling van leeftijden naar zorgvraag

Lichamelijke beperkingen nemen sterk toe met het stijgen van de leeftijd. 85-plussers hebben vaak tweemaal zoveel beperkingen bij het uitvoeren van alledaagse taken dan personen tussen 75 en 84  jaar. Hetzelfde geldt voor het gebruik van loophulpmiddelen.

Hoewel de leeftijd veruit de belangrijkste voorspeller van de zorgvraag is, zijn nog twee andere factoren van belang: etniciteit en inkomen/opleiding. Deze informatie is per buurt beschikbaar. Wij betrekken deze bij het bepalen van  de zorgvraag per buurt.

Doelgroepen

Binnen ‘Wonen en zorg in balans’ worden vier doelgroepen vragers onderscheiden; wandelstokgebruikers, rollatorgebruikers, rolstoelgebruikers en ontvangers van verpleegzorg thuis. De vraag naar voor deze doelgroepen geschikte woningen wordt weergegeven per heden en de ontwikkeling van de vraag tot 2025 en 2030. Gegevens kunnen worden weergegeven tot op buurtniveau. Wetende dat de leeftijdsopbouw van buurten vaak sterk verschilt en dat bewoners veelal gebonden zijn aan hun buurt is dat ook aan te bevelen.

Model en benodigde gegevens ‘Wonen en zorg in balans’

De vraag wordt voorspeld met een door het team ‘Wonen en zorg in balans’ ontwikkeld model. Dit model omvat:
  • prognosegegevens (65-plushuishoudens in klassen van 10 jaar)
  • gegevens over etniciteit en inkomensniveau van de bewoners per buurt (CBS)
  • een vertaling van leeftijdsopbouw naar zorgvraag (WoonOnderzoek Nederland)
  • leeftijden van bewoners van corporatiewoningen
Door combinatie en analyse van al deze gegevens kan de huidige en toekomstig verwachte vraag worden bepaald. En deze vraag kan vervolgens afgezet worden tegen het huidige aanbod aan woningen. en eventueel de plannen voor de komende jaren, bekend vanuit bijvoorbeeld het strategisch voorraadbeheer van de corporatie(s). Hierdoor worden tekorten en overschotten inzichtelijk.